Op 21 februari is mijn lieve moeder overleden aan de gevolgen van hersenkanker. Ze is 59 jaar oud geworden. Vooral de laatste paar dagen tot een week waren erg zwaar menselijk gezien en uiteindelijk is ze in haar slaap overleden. Het verdriet is erg groot en het gemis elke dag aanwezig, maar het is goed. De kanker bleek te sterk en we hebben tot het laatst veel tijd samen door kunnen brengen.
Tijdens haar ziekbed heeft ze iedereen kunnen spreken en nog een hart onder de riem kunnen steken. Haar getuigenis van haar geloof was erg groot en de troost die we voelen zorgen ervoor dat we ons nu gedragen voelen, door de mensen om ons heen, door het gebed en door het samenzijn.
Aankomende donderdag, 25 februari zal ze begraven worden, morgenavond is er condoleren. Ik ben erg blij dat alles goed geregeld is en dat er zoveel bekwame mensen om ons heen staan die dingen uit handen nemen. Het is waar wat men zegt: je wordt geleefd, maar op dit moment hoef ik me alleen maar zorgen te maken over wat we zullen eten en of de was wel gedaan wordt. Mensen komen, bellen, sturen berichtjes en zijn aanwezig. Erg fijn en erg goed. Precies zoals mama het gewild zou hebben.
In dit aardse leven zijn we maar heel kort, maar wij hebben de zekerheid van het Eeuwige leven. En van die zekerheid kon mama niet ophouden te getuigen. Daarom wil ik nog graag de twee verzen die op de rouwkaart staan, met jullie delen:
Psalm 145: 5 en 21
‘Ik zal spreken van de heerlijke glorie van Uw majesteit, en van Uw wonderlijke daden.’
‘Mijn mond zal van de lof van de Heere spreken, alle vlees zal Zijn heilige naam loven, voor eeuwig en altijd.’
Dag mama, ik mis je vreselijk.